FAQ’s Drone gebruik

Er is nog veel onduidelijkheid over het gebruik en de inzet van drones. Met enige regelmaat krijgen we verschillende vragen, hieronder de meest voorkomende vragen op een rijtje…, buiten de vraag, hoe hoog? of hoever kan deze drone?

Nee, je mag zeker niet overal vliegen met drones. Er zijn veel gebieden waarvoor je aanvullende autorisaties nodig hebt om met een drone aan het werk te gaan. Er gelden strenge Europese regels en aanvullende eisen per land waaraan je moet voldoen. Voor Nederland is ILenT het orgaan dat de regels opstelt en zorgt voor de naleving ervan. Men denkt al snel dat je op veel plaatsen met een drone mag rondvliegen, maar er zijn meer locaties waar aanvullende eisen gelden dan locaties waar deze niet van toepassing zijn.

Er is veel te doen en te vertellen over de nieuwe Europese wetgeving. Beknopt komt het hier op neer. De nieuwe regels zijn opgedeeld in drie categorieën: Open, Specifiek en Gecertificeerd. Als u voor uw hobby met een drone vliegt, valt u waarschijnlijk in de Open categorie. Vliegt u beroepsmatig dan valt u waarschijnlijk onder Specifieke categorie.

• Open categorie
In de Open categorie vallen dronevluchten met een laag risico, bijvoorbeeld vluchten met een lichtgewicht drone waarbij niet over mensenmenigten wordt gevlogen.

Voor vluchten in de Open categorie gelden tevens aanvullende regels, ingedeeld in drie subcategorieën: A1, A2 en A3. Welke subcategorie op u van toepassing is, hangt af van het gewicht van uw drone. Het CE-label van uw drone (C0 t/m C4) bepaalt straks met welke subcategorie u te maken krijgt:

A1: u mag: – met uw lichte drone met CE-C0 (tot 250 gram) en C1 keurmerk (tot 900 gram) kortstondig boven mensen vliegen, zolang het niet om een menigte gaat. Er geldt wel de algemene regel dat je het overvliegen van niet betrokken mensen vermijdt. – dit mag met zelfgebouwde drones, of met kant-en-klare drones zonder CE-C# kenmerk tot maximaal 250 gram, en later met CE-C0 en C1-drones wanneer deze op de markt verschijnen. – in afwachting van de CE geclassificeerde drones mag u tot 1 januari 2023 met uw huidige drones tot 500 gram vliegen in A1, als u de kennistest heeft afgelegd en uw vliegbewijs heeft behaald;

A2: u mag: – met drones tot 4 kilogram met CE-C2 keurmerk tot minimaal 30 meter afstand van mensen vliegen, niet erboven. Als de drone een lagesnelheidsmodus heeft (lager dan 3 m/s) dan mag u de afstand verlagen tot minimaal 5 meter. – in afwachting van de CE geclassificeerde drones mag u tot 1 januari 2023 met uw huidige drones tot 2 kilogram vliegen in A2, maar dan moet u minimaal 50 meter afstand houden tot personen.

A3: u mag: – vliegen met een CE-C2 (tot 4 kilogram) of C3 keurmerk (tot 25 kilogram) met actieve identificatie op afstand en geo-awareness; – vliegen met een C4-type (tot 25 kilogram); – dit mag met zelfgebouwde drones, of met kant-en-klare drones zonder CE-C# kenmerk tot maximaal 25 kilogram, en later met CE-C2, C3 en C4-drones wanneer deze op de markt verschijnen. – in afwachting van de CE geclassificeerde drones mag u tot 1 januari 2023 met uw huidige drones vanaf 2 kilogram en tot 25 kilogram vliegen in A3. Daarnaast geldt voor A3: – als er mensen binnen uw vluchtgebied komen stopt u de vlucht; – u behoudt een minimumafstand tot voorbijgangers 30 meter of meer met 1:1-regel (bijvoorbeeld 40 meter hoog, met 40 meter afstand). Dit geldt ook voor andere eigendommen en dieren; – ook vliegt u minstens op een afstand van 150 meter van woon-, handels-, industrie- of recreatiezones; – u mag wel vliegen boven personen die betrokken zijn bij de vluchtuitvoering, en als ze op de hoogte zijn van instructies en veiligheidsvoorschriften van de vluchtuitvoerder.

• Specifieke categorie
Onder de Specifieke categorie vallen vluchten met een hoger risico. Bijvoorbeeld vliegen met een zwaardere drone boven stedelijk gebied. Om in deze categorie te mogen vliegen heeft u een vluchtvergunning nodig van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). Dit kan ook een vluchtverklaring zijn wanneer het een door EASA gepubliceerd Standaard Scenario betreft.

• Gecertificeerde categorie
De Gecertificeerde categorie is voor vluchten met een zeer hoog risico. Denk aan drones waar mensen mee worden vervoerd of het vervoer van gevaarlijke goederen. Er gelden zeer strenge eisen voor vluchten in deze categorie, vergelijkbaar met de eisen die gesteld worden aan de bemande luchtvaart.

Als drone operator is het van cruciaal belang om verzekerd te zijn. Drones kunnen onbedoelde schade veroorzaken aan eigendommen, mensen en andere luchtvaartuigen. Een verzekering dekt de aansprakelijkheid voor eventuele schade die je drone kan veroorzaken. Een verzekering is niet alleen een verstandige zakelijke beslissing, maar het kan ook een wettelijke vereiste zijn om commercieel met drones te opereren en klanten tevreden te stellen met je professionele aanpak.

Bij ons als droneorganisatie staat veiligheid boven alles. Ten eerste moet je aan alle gestelde eisen voldoen die door het ILenT worden opgesteld. Als organisatie maak je je eigen Operation Manual (OM) met details en aanvullingen die noodzakelijk zijn bij bepaalde specifieke droneoperaties. Dit gaat vooral om de risico’s die zich kunnen voordoen en de mitigerende maatregelen die jij neemt als drone operator. Ook moet hierin omschreven staan hoe je als organisatie omgaat met de kennis over veiligheid en veiligheidstrainingen van personeel of teamleden. Voordat je met drone operaties kunt starten, moet ILenT het OM met de daarbij horende Operation Authorisation (OA) goedkeuren. Dit alles en nog veel meer moet je als operator vastleggen en voor jaren bewaren. ILenT voert audits uit bij drone operators of organisaties.

Als je een drone operatie uitvoert, moet je aan alle veiligheidseisen voldoen. De belangrijkste veiligheidseis is dat je als piloot volledige controle hebt over de drone. Je moet de drone voor 99% van de tijd in het zicht hebben en houden. De observer, die in de buurt staat bij de piloot, houdt de omgeving (360 graden) in de gaten. Deze persoon moet toezien of er ontwikkelingen zijn die de drone operatie in gevaar brengen. De payload officer ofwel camera technicus maakt de drone beelden (film en fotografie). Dus meestal bestaat een drone team uit 2 of 3 personen. 

De omgeving of moeilijkheidsgraad van de vlucht is ook van invloed op het aantal (extra) observers die noodzakelijk zijn.

Elke drone operatie moet grondig worden voorbereid. Dit doe je doormiddel van een ‘Vluchtplan Risicoanalyse’ op te stellen. Hierin staan de details van de vlucht omschreven, en worden de risico’s met mitigerende maatregelen uitgewerkt. Dit plan vormt de basis voor het desbetreffende project. Elk teamlid moet op de hoogte zijn van deze details. Eenmaal ter plaatse wordt de situatie nog eens goed bekeken en waar nodig worden risico’s aangevuld en extra mitigerende maatregelen getroffen.

Drones worden veel toegepast voor dronefilm en -fotografie. Wij gebruiken drones onder andere voor het inwinnen van geo-informatie, zoals drone mapping. Wij verzamelen project informatie voor verschillende enigineering toepassingen. We maken gebruik van drones voor fotogrammetrie en LIDAR-technieken (laser technologie). Ook zetten we onze drones in voor bouwkundige opnames en hoogte inspecties. Onze drones worden dus ingezet voor industriële toepassingen.

Heb je nog meer vragen of wil meer weten, neem dan contact met ons op.

Meest gestelde vragen en antwoorden over de 3D Survey Portal